Vijfenvijftig ?,

Vandaag is mijn verjaardag en geeft de kalender aan dat ik 55 jaar wordt.
En gelijk denk ik, dit is de leeftijd die Ronald als zijn laatste wens had om te mogen behalen. Het is hem gelukt. De 21e van de 10e maand werd hij het, in november van dat jaar stond ik op zijn uitvaart.

Ik denk vaak aan hem, soms in hele kleine luttele momenten, soms ben ik veel met hem bezig, vaak vraag ik mij af wat hij van iets gedacht had. Of hij had gevonden dat ik de goede beslissing voor mijzelf neem. Soms een speciale dag of juist een gelegenheid die mij, aan hem, laat denken. En ergens heb ik het gevoel dat hij wel weet wie ik geworden ben mede door en na hem.

Ik voel mij schuldig door sommige keuzes die ik gemaakt heb, waarvan ik achteraf zeker weet dat hij die niet had gesteund. De belabberde “relatie” (ze zijn het woord niet eens waard) keuzes.

Wat ik door hem “geleerd” heb is totaal niet bezig te zijn met pensioen, al had hij het graag zelf wel willen halen. Velen halen het al niet. En Ronald had een pensioenopbouw van 25 jaar in het leger te hebben gezeten. Niemand is daar rijk van geworden behalve de pot waar het al in gespaard was, uberhaupt.

Het is al jaren zo.

Mijn liefde/Passie, (dat waar hij vanaf het begin zo achter mij, mee heeft gestaan bij mijn opbouw en gevecht).

Mijn studio, mijn SM, was de eerste manden van dit jaar geen optie. Ik was fysiek uitgeschakeld en lag in het ziekenhuis. De dag van opname een gesprek met de arts over wanneer niet meer te handelen.

Alleen nu, door hoe mijn jaar begon, bemerk ik veel meer met Ronald in mijn hoofd en gedachtes bezig te zijn.

Wij (hij en ik) hebben ons eerste contact gekregen, in het jaar 1999. Staande in de lift van een ziekenhuis. Ik ging van bezoekuur naar huis, hij stapte in om naar het bezoekuur te gaan, zijn zus (een vriendin van mij destijds) lag erin. Ik had toen mijn been in het gips en was nog herstellende van een “date met meneer Papanicolaou de naamgever van de pap uitslagen” met een hysterectomie een kalenderjaar ervoor. Hij besloot met mij mee naar huis te gaan om hand - en - spandiensten te geven waar dat nodig was. Dat alles moest ik nu aan terugdenken.

Ik had toen honden en bewoonde een bovenwoning. Zijn eerste zin was “je kunt mij alles laten doen (je vuilniszak, boodschappen), behalve mij vragen je honden uit te laten, want honden plassen altijd de afdekhoes van mijn motoren vol dus die beesten moet ik niet”. Van het één ontstond het ander. Mijn honden hebben hem versiert, en uiteindelijk paste hij op ze als ik bij de toen nog bestaande studio Esmé mijn dagen draaide.

In de spreekkamer, van de huisarts jaren daarna, waar wij (Ronald en ik) toen zaten, kwam de uitslag. En herinner me de woorden die uitgesproken werden tegen hem “je bent niet meer te behandelen”.

Nu kijk ik terug en denk aan het moment dat ik hem bij de huisarts heb binnengehaald, omdat hij niet wilde gaan zelf. En ik wist dat er iets mis was, alleen mijn “vinger er niet op kon leggen” met de kennis die ik toen had.

En vraag me geregeld af “was het misschien andersom”, hij wist het maar wilde het niet weten, ik had geen idee en moest het weten?

Hij heeft uiteindelijk nog de gelegenheid gehad om aan verschillende medische trials mee te doen. Hem zou het niet meer helpen, maar mensen na hem wel. Zo was hij, altijd de ander voorop zetten.

Zo was hij ook altijd met mij geweest. Zijn geluk was mij gelukkig maken er voor mij zijn, mij het beste uit mijzelf laten halen. Mij laten vechten voor wat mij een fijn gevoel geeft, ik belangrijk vind en in floreer. Hij die mij steunde, hielp vechten en pal achter mij stond.

Zo sterk als hij is geweest die jaren opvolgend, toch iedere keer weer een lichtpunt zien of een doel stellen om te gaan behalen, ik zal nooit zo sterk kunnen zijn. En heb daar ook duidelijke gesprekken over met mijn huisarts.

Als hij mij aansprak, antwoorden, iets vroeg of riep, was dat eigenlijk standaard met zijn, voor mij, door hem gekozen koosnaam waarmee hij dat deed. “hallo Dame”, “Dame”, “ja Dame”. Het woord hoort sinds toen bij mij. Als een soort van naam is het mijn eigen geworden.
Bijna nooit gebruikte hij mijn eigen naam als we samen waren, of aan de telefoon (jawel, je belde en sprak elkaar toen gewoon nog ECHT).

Tegelijkertijd kwamen er nu (al deze 4 voorgaande maanden) steeds dingen voorbij die juist ook alles met hem te maken hebben en met wat wij samen deelden, meemaakten, beleefden.

Zo was er op de 6e van maart van dit jaar, een reclameblokje voor kaarten van de Blue Man Group. Hij en ik zijn daar, in de perioden dat hij al wist ziek te zijn, toen ook, samen naartoe geweest.

Op 10 maart van dit jaar startte de week van de zeldzame kankers, Ronald was gediagnosticeerd met nier cel kanker.

En was het op 20 maart de Dag van de Motor. Ik kan er niets mee (misschien volgend jaar).

Alleen zie ik nog zijn motoren in mijn gedachten (een witte en een rode BMW), die hij uiteindelijk verkopen moest. Te pijnlijk ze vanuit zijn huiskamerraam te zien staan. En er niet meer op te kunnen rijden, voor hem, toen.

Door hem heb ik mijn liefde voor motoren en motorrijden. Achterop een fijn intiem contact en vertrouwen delen heb ik gaandeweg ontdekt en tegelijk een heel vrij moment. Zelf hoop ik ooit nog eens een motor te mogen bezitten.

Dit was nu eenzelfde soort situatie, mijn auto stond al maanden stil en kon ik vanuit mijn raam zien staan. Alleen er komt een moment, binnenkort, dan kan ik wel weer in mijn auto rijden.

Straks komt de T.T. van Assen weer, in het weekend van de 23/25e in juni. Wij keken die dag altijd samen bij hem op de bank, met ships en een pilsje, al die races. Hij sprak daar in al zijn enthousiasme over. En meer dan eens kozen we ieder onze favoriete rijder uit (hij omdat hij wist wie echte kans maakte, ik gewoon soms vanwege de kleur van de motor waar de rijder op reed. Het weekend werd in elk geval al ver vooraf in de agenda vrij gezet.

Deze maand heb ik voor de studio een lamp aangeschaft met de naam Aprillia (de motor waar zijn favoriete rijder altijd op reed). Gewoon de symboliek die deze naam geeft. De vorm ook van deze specifieke lamp. Absoluut een mooie aanvulling als object en om te zien branden.

Ik mis hem, ik mis zijn knuffels, het hem kunnen bellen, zijn gedachtes over iets horen, ik mis zijn nabijheid, het weten iemand te hebben die op mij past. Vaak betrap ik me op momenten van eenzaam zijn, nu in deze periode net achter mij, van ziekte. Een overweldigend gevoel waar ik normaal nooit last van heb, eigenlijk zelfs niet eens ken. En vraag me af hoe hij dan had gedaan.

Hij is mee geweest naar een Passionparty, gewoon omdat hij wilde zien en wilde leren kennen wat mij in die wereld zo gelukkig maakt. Bij regelmaat hielp hij mij (aan)kleden en sprak de woorden, “losmaken en uitdoen gaat mij beter af dan dit”.
Als Domina zijnde ben ik bang dat er een dag komt waarop ik niet meer verrassend en vernieuwend uit de hoek kan komen en mijn mensen daarmee gelukkig maken kan en hun kan laten groeien in wie ze zijn.

Alleen of ik met Ronald op dat punt zou hebben gekomen, dat uitvinden, die kans daarachter te komen, heb ik met hem niet eens gekregen.

M. Jacqueline

In 1999 leerde ik een man kennen (later mijn partner). Hij was toen nog in een relatie met een andere vrouw, ik was een vriendin van zijn zus. We hebben kerst met z'n vieren gevierd. In de paar jaar daarna eindigde de relatie met zijn vriendin, kreeg hij (door mij) weer wat closer contact met zijn zus. Uiteindelijk werden hij en ik alleen maar sterker en het contact met zijn zus werd steeds minder.
We waren vrienden, werden hele close vrienden, zagen elkaar dagelijks, spraken elkaar meerdere keren per dag. Hij deelde alles met mij, ik maakte zijn huis een thuis, mijn hond liet hem houden van honden (daar was hij nooit een fan van geweest omdat zo riep hij altijd “die honden altijd het zeil van zijn motor onderplaste”), hij maakte mij mezelf leren kennen en leerde me dingen. Van het één ontstond het andere en langzaam maar zeker werden we een stel. Hij stond aan het begin van mijn stap om Professioneel te gaan werken in mijn keuze, daarvoor steunde hij me in mijn hobby. Hij riep altijd “ik snap niet dat er mensen zijn die geslagen willen worden, ik snap ook niet dat er mensen zijn die willen slaan, maar ik zie wat het jouw doet en brengt en dan is het goed. Hij ging met me mee toen ik gevraagd werd bij een kinkyshop opening, daarvoor was hij al verschillende keren mee geweest toen die shop nog in Amsterdam zat. Hij was erbij toen ik mijn eerste overknie leren laarzen uitzocht en kocht, mijn eerste leren outfit (ik heb beide nog steeds en draag ze ook nog steeds). Mijn eerste privé slaaf op zijn knieën ging buiten op straat, midden in een winkelstraat voor mij. Hij ging mee voor koffie bij die slaaf en zijn vrouw thuis. Hij (mijn partner dus) reed me naar Doma wanneer ik daar moest werken, hij was bij het gesprek met de belasting. En nog zoveel meer ook een keer een Passionavond heeft hij bijgewoond gewoon omdat hij geïnteresseerd was in mij, wat ik deed, wie ik was, mijn lol en plezier. Ik kocht voor hem een lederen broek. Hij leerde mij houden van een motor en zijn enthousiasme voor de TT.
Op zijn computer beantwoorde ik mijn eerste mails en hield ik mijn eerste online community bij.
We hebben veel gedeeld samen. Hij wist alles van mij en ik van hem, we waren er dag en nacht voor elkaar.

Nu zoveel jaren later mis ik hem, nog steeds op een dagelijkse basis, Foto's die hij heeft gemaakt staan her en der nog steeds op mijn website, ik weet feilloos welke dat zijn. Ik mis zijn vertrouwen, ik mis zijn respect, ik mis iemand die er zo voor mij is als dat hij was. Ik mis iemand waar ik alles mee kan delen en vele dingen samen mee doe.

 

Ronald afscheid (02/12/2008),

Lieve Ronald, vele jaren hebben we lief en leed gedeeld met elkaar. Dit ging zeker niet altijd makkelijk er waren best de nodige obstakels waar we op botsten. Maar altijd waren we er voor elkaar.
Diezelfde jaren zijn we ook gegroeid, ieder van ons zelf als persoon, maar ook samen.
Daarmee hebben we grote veranderingen ondergaan en hele speciale momenten gedeeld en samen mogen beleven.
Jij leerde dat een dame met een hond een behoorlijk opstakel was om te nemen want tja aan de dame had jij je handen al meer dan vol maar zij had ook nog eens een hond, en met honden had je helemaal niets. Zij waren degene toch waar je alleen maar last van had omdat ze altijd jouw motorzeil onderplaste. Ik kan me dan ook nog heel goed herinneren, toen ik je tegenkwam in het ziekenhuis (bij je zus op bezoek), ik met een been in het gips. Jij wilde met mij mee naar huis omdat je misschien iets voor mij kon doen. Daar aan gekomen riep je op een vraag van mij “je kan me alles vragen maar een hond uitlaten daar vang je mij niet voor” De rest is historie zeggen ze dan, jij bent voor haar gevallen als een blok, misschien zelfs nog wel meer dan voor mij. Vele wandelingen, uitjes, autoritten, en avonden hebben we met elkaar doorgebracht met zijn drieën. Jullie twee hebben uiteindelijk ook veel tijd samen doorgebracht, elkaar zo diep vertrouwend, al die dagen dat ik in de studio aan het werk was en jij op haar paste bij jouw thuis. Het bleek een feestje te zijn waarin zij heel veel nieuwe woorden en het herkennen van handelingen van jouw heeft geleerd. Ik weet dan ook dat zij nu boven op je wacht en jullie daar weer net zo veel lol en vertrouwen in elkaar zullen hebben als er altijd was.
Kerst vorig jaar is het uiteindelijk tussen ons niet echt goed gegaan en het verdiend ook zeker geen schoonheidsprijs van ons beide, maar ook daar hebben we wel van geleerd. De maanden tussen toen en nu is het met vele hobbels gegaan en waren we absoluut niet meer zo close als dat we altijd waren geweest. We hebben verkeerde dingen gezegd in onze boosheid naar elkaar toe en over elkaar. Maar jij bleef er voor mij en ik voor jouw zo goed als we dat allebei redden. Je verjaardag was heel dubbel maar ook heel gezellig, De afspraak samen hebben we tot in de nacht zitten kletsen, net als dat we dat heel vaak hebben gedaan.
We hebben niet zo lang geleden nog besproken dat jij in mijn huis zou komen als het met je ziekte echt niet meer zou gaan. Hiervoor zijn P. en D. nog heel “boos” op mij geworden toen ze het hoorde en hebben een aantal uur met mij zitten praten. Absoluut goedbedoeld realiseer ik mijzelf nu, maar op dat moment niet echt hun in dank afnemende want ik snapte het niet en dacht dat ik je daarmee juist zou helpen. Maar zij zeiden dat ze absoluut niet wilde dat ik dat ging doen omdat ik daar zelf onderdoor zou gaan en het voor mij veel te heftig zou zijn. Daarnaast zeiden ze dat jij daar niet mee geholpen zou zijn omdat je meer nodig zou hebben dan ik voor je zou kunnen doen dan.

Nu heb je rust, eindelijk, je hoeft niet meer te vechten. Maar ik weet dat je alles wat wij al die jaren hebben meegemaakt, gedeeld, en gestreden hebben met elkaar en voor elkaar niet vergeten zal. En dat we een verrijking zijn geweest voor elkaar. Jij op jouw manier en ik op de mijne.
En voor wat het waard is we waren maatjes, vrienden en partner van elkaar, al is dat laatste dan op een andere manier geweest als dat jij hoopte.

Tot ooit weer, en veel plezier met Leska geef haar een dikke knuffel van me (R.I.P. 28/11/2008)

M. Jacqueline